Als museumdirecteur maak je het niet vaak mee: Pannenbier. Sterker nog, ik kende het woord niet eens. Wat ik wel wist, is dat je in de bouw als opdrachtgever moet trakteren als het hoogste punt van een gebouw wordt bereikt. Maar wat je dan precies geacht wordt te doen, was voor mij nog een vraag.
Binnen enkele weken zou het zo ver zijn, en zou het hoogste punt worden bereikt van de verbouwing van het monumentale pakhuis Santos. Volgens onze sportieve planning openen we hier in september 2025 de deuren van het nieuwe Nederlands Fotomuseum. Bovenop de zes bestaande verdiepingen zijn twee nieuwe etages verrezen, die overkapt gaan worden door een kroon. En daarvan was bijna het hoogste punt bereikt.
Ik vroeg het na op de werkvloer, hoe het nou precies moest met die viering van dat hoogste punt. ‘Oh’, zeiden ze lachend. ‘Dat is simpel hoor. Voor iedereen die hier werkt een retourtje Valencia, dan komt het allemaal prima in orde.’ Dat zat er natuurlijk niet in, dus het werd bitterballen en bier – al dan niet vegetarisch en alcoholvrij.
Op de dag zelf verzamelden zich zo’n tachtig medewerkers in wat het museumrestaurant gaat worden, met wijds uitzicht over de stad. Van de leerling-timmervrouw tot de directeur van het bouwbedrijf. Iedereen met S3-veiligheidsschoenen aan en bouwhelm op. Aan de kleur van de bouwhelm herkende je wie bij welk bedrijf hoorde.
In mijn toespraak bedankte ik uiteraard alle medewerkers die de afgelopen jaren met zoveel toewijding werkten aan de restauratie. Of het nu gaat om de voeger die kapotte bakstenen heeft vervangen of de timmerlieden die luiken en deuren herstelden. Waarbij ook kattenluikjes verwijderd moesten worden, want in een pakhuis gevuld met koffie liepen katten wacht tegen de ratten.
Alles is zorgvuldig hersteld, zodat het pakhuis ook voor toekomstige generaties bewaard blijft. Daarin verschillen de werkzaamheden bij een restauratie in de bouw niet van die van een fotomuseum. Ook bij ons wordt erfgoed gerestaureerd en geconserveerd. Zoals die oudste foto uit 1842 of de kleurendia’s van Ed van der Elsken die schimmelvrij gemaakt zijn.
Tijdens het Pannenbier hees ik met de directeur van bouwbedrijf Burgy de vlag van het Nederlands Fotomuseum. Inmiddels heb ik ook geleerd dat als je niet trakteert, er een bezem op het dak wordt gezet, zodat iedereen ziet wat een waardeloze opdrachtgever je bent. Dat is ons mooi bespaard gebleven.